Voor het eerst in 4 jaar kon de Goede Week en het Paasfeest gevierd worden zonder enige coronabeperking. Andantino kon zich dus weer ten volle inzetten in de 4 diensten zoals we het vroeger altijd gewoon waren. Het was ondertussen reeds van 2019 geleden dat zoiets kon. Vorig jaar was er reeds een opstart, maar nog steeds met beperkingen.
Peter zorgde voor een extra feestelijk programma met o.a. een viertal koordelen uit de Messiah van Händel. Onze voorbereiding begon vlak na Nieuwjaar om het volledige programma goed onder de knie te krijgen. Vooral op de schaapjes („All we, like sheep“) lag heel wat stof en het heeft wat geduurd vooraleer dat stof helemaal verdwenen was. Ook extra ademhalingsoefeningen waren nodig om Ave Maria van Caccini tot een goed einde te kunnen krijgen.
Op Witte Donderdag namen we onze plaats in op het oksaal. Eli had naar gewoonte een grote variëteit van stemsmerende en anti-hoestmiddelen ter beschikking zodat we er helemaal klaar voor waren. Klassiekers zoals de Canon van Tallis en het Ave Verum van Mozart (in het Vilvoords „den aave veroem“ = wederom de Oude) kwamen goed uit de verf. Bij de voetwassing gaven we met verve een versie van ons lijflied „Tebie Poiem“ ten beste waar Peter’s gehoor helemaal van uit de haak was. We vonden echter onze tweede adem terug en eindigden met „When I Survey“, het lied dat de aanzet geeft naar Goede Vrijdag.
Goede Vrijdag is een ingetogen viering „a capella“. De klokken zijn naar Rome en het orgel moet zwijgen. Het koor vatte post in de zijbeuk en illustreerde het lijden en sterven van Jezus met „De Boom des Levens“ en „In Manus Tuas“.
De Paaswake begint steeds met de rituelen van vuur en water. Altijd een indrukwekkend gebeuren! Elke kerkganger kreeg een kaarsje dat door de misdienaars met het Paasvuur werd aangestoken. En moeite dat ze deden om hun eigen kaars niet te laten uitgaan! Het koor startte op de trappen van het Hoogkoor om na de zegening van het water terug haar plaats op het oksaal in te nemen, naast het imposante Goynaut-orgel. Ondanks een beperkte bezetting bij de bassen, brachten wij het zware programma tot een goed einde.
En uiteindelijk was daar de apotheose: Pasen! De klokken waren gepasseerd met chocolade kuikentjes en „schapenkoekjes“ voor elk koorlid. Dit als appreciatie van de kerkfabriek en met dank ook aan onze eigenste koekjesbakker „koekoek“ Grietje! Het enthousiasme spatte van deze bijzonder feestelijke dienst af! Händel en Caccini zouden fier geweest zijn op de uitvoering van hun werk! En met de traditionele „Halleluja“ sloten we onze vierdaagse af!
Foto’s Lieve Adriaensen, Lut Hutsebaut en Bart Perdieus